Ondergaan GIS-afdelingen lot typekamer? – deel 2

column 9 financiele afdeling

Na er een weekje tussenuit te zijn geweest maak ik de balans op van de column die ik
postte op 17 december, vlak voor ik het vliegtuig in stapte: vier reacties op mijn website, 11 in de Geo Informatie Nederland groep op LinkedIn, de post werd zeven keer interessant gevonden, de reacties daarop 13 keer, eenmaal een tweet over de column op Twitter, eenmaal een retweet daarvan, eenmaal een nieuwe volger van Geodomein op Facebook en enkele persoonlijke mails. Andere sociale media heb ik nog niet bekeken. Hartelijk dank voor al deze reacties! Conclusie: velen zijn begaan met het lot van GIS- of geo-afdelingen [klopt Marien, is niet hetzelfde] en met de geo-informatie. Een enkeling spreekt uit dat het nog onduidelijk is hoe lang het beroep/specialisme van de geo-analist zal bestaan [Hendrik]. Iedereen lijkt het er over eens te zijn dat de afdelingen en hun werk veranderen.

Van ooit een cartografische afdeling [Wim], naar nu een geo-afdeling, … naar iets nieuws in de toekomst [volwassen worden volgens Erno], of wellicht embedded in een IT-afdeling [zoals Just oppert]. Of de vergelijking met een typekamer opgaat daar kun je over discussiëren (want ja [Jan Willem], typekamers deden aan kopieerwerk en dat is anders dan het interpreteren, bewerken, beheren en analyseren). En de vergelijking met een financiële afdeling [Erik] is ook mooi (ik kan tegenwoordig prachtige taartdiagrammen maken met mijn internetbankieren). Duidelijk is dat er tegenwoordig gereedschappen beschikbaar zijn die het mogelijk maken dat een ieder zelf kaarten maakt en geografische analyses uitvoert. Deze ontwikkeling hou je niet tegen en biedt juist grote kansen [zoals Bert zegt]. Deze ontwikkelingen staan niet op zichzelf. De aard van GIS-werk verandert, net als de taakomschrijvingen in vacatures, schrijft Todd Schuble in zijn publicatie ‘Careers in GIS’ [vertelt Eric].

Allerlei organisaties hebben te maken met reorganisaties, transities, kantelingen, of wat voor woord je ook wilt gebruiken. Deze kunnen zeer vervelende gevolgen hebben voor medewerkers en hun gezinnen. Ik zelf werd dit jaar ook werkeloos doordat er voor mij geen werk meer was. Toch ben ik van mening dat verandering eigenlijk per definitie goed is. Wat natuurlijk niet hetzelfde is als afdelingen opheffen [ik ben benieuwd naar jullie keuzes in Zwolle, Peter].

Inzetten op een gezonde afdeling die in staat is mee te bewegen met de snelle ontwikkelingen in het vak zou mijn idee zijn. Bijvoorbeeld met een solide kern, met aandacht voor kennisoverdracht van de oudere naar jongere generatie, aangevuld met een flexibele schil van specialisten. Maar in ieder geval door zichtbaar te maken wat je bijdraagt als afdeling aan een organisatie, zoals ik al bepleitte in mijn eerdere column. Hoe ik daar bij kan helpen [vroeg Jan Willem]? Dat hangt af van het soort afdeling en of, en zo ja, in welke fase van transitie zij zitten.

Om een paar voorbeelden te geven. Door middel van het interviewen van klanten en/of medewerkers (deze weten zelf vaak heel goed wat het beste is voor hun organisatie) breng ik bijvoorbeeld in kaart waar verbeterpunten, tips en ideeën liggen. Ik deel kennis hoe andere organisaties dezelfde soort problemen aanpakken. Het ontwikkelen van een geovisie is een ander voorbeeld. Andere zijn het uitwerken van producten om zichtbaarheid te vergroten, het benoemen en uitdragen van de kwaliteiten van een afdeling door inzet van communicatiemiddelen (artikelen, flyers, filmpjes, sociale media). Op veel GIS- en geo-afdelingen bij diverse overheden en bedrijven is de problematiek vergelijkbaar. De oplossingen variëren. Laatst ontwikkelde ik een bordspel met rollen voor een afdeling waardoor medewerkers de andere rollen in de afdeling konden ervaren en zo gemakkelijker tot een gezamenlijke sterkte kunnen komen. Soms ben ik adviseur, soms (interim) projectleider, soms trainer bij werksessies of coach. Ik kijk uit naar het nieuwe jaar om opnieuw organisaties in deze veranderingen te mogen begeleiden.